De saus 
1/4 cup Japanse sojasaus (zoals Kikoman)
1/4 cup mirin (zoete rijstwijn)
1/8 cup sake (Japanse rijstwijn)
1/8 cup water
1 tl (bruine) suiker

Breng in een (steel)pannetje aan de kook en laat zachtjes tot de helft inkoken tot een beetje stroperig goedje.
Zet klaar voor gebruik.

De gehaktballetjes
400g kipgehakt
1/2 el geraspte, verse gember
2 fijngesnipperde lente-uitjes
1 el Japanse sojasaus of tamari
1 el mirin (zoete rijstwijn)
1 tl sesamolie
1/3 ei
1 tl maïzena

Extra om te dippen
1 kakelverse eierdooier

Meng & kneed het gehakt, de gember en lente-ui flink door tot je een elastisch deeg krijgt. In tegenstelling tot Westerse gehaktballen horen Aziatische gehaktballen een beetje “rubberig” te worden en dat krijg je als je flink mengt. Als je denkt dat de structuur goed is voeg je de rest van de ingrediënten toe en mengt die er iets rustiger doorheen. Draai, kwak of spuit met een spuitzak kleine, platte balletjes van 2 cm of grotere van 4 cm doorsnee en bak die in wat olie op matig vuur, heel rustig gaar en bruin. Als je veel olie gebruikte giet je die nu beter eerst af. Giet dan de tare (saus) over de balletjes en laat die zonodig al bubbelend nog wat extra indikken tot de balletjes een mooie, glanzende coating krijgen. Wat extra lente-uitjes erover en dippen in een rauwe eierdooier. Lekker met rijst en spinazie.

Recept uit: Recepten uit Tokyo van Maori Murota.

Gegrillde Japanese gehaktballetjes met eierdooier